Radijs is bij vrijwel iedereen bekend als het gezonde, ronde, rode knolletje. Radijs behoort tot de soort Rapahnus sativus. Verondersteld wordt dat de introductie omstreeks 500 jaar voor Chr. in China heeft plaatsgevonden. Het lijkt aannemelijk dat de voorouder van radijs oorspronkelijk uit het oostelijk gedeelte van het Middellandse Zee gebied stamt. Bij de Grieken stond de radijs hoog in aanzien. Reproducties van dit gewas werden uitgevoerd in goud. De oudste variant werd voor het eerst aan het eind van de 16e eeuw in Europa genoemd. De radijs was toen lang en liep spits toe. In de 17e eeuw werd radijs regelmatig genoemd bij groenten die werden gegeten. Radijs is jaarrond uit Nederland en Israël te verkrijgen.
Radijs is knapperig en vrij pittig van smaak. Radijs is te consumeren als snack, op de boterham, in salades, geroerbakt, etc. Radijs is lekker als knapperig tussendoortje met een beetje zout, op de boterham of in plakjes bij paling of haring. Een rauwkostsalade met plakjes radijs vormt een heerlijke combinatie met biefstuk, gehakt of slavinken. Uiteraard is radijs ook een opvallend smakelijke garnering van salades, vlees- en visschotels. Grote radijzen kunnen ook in hun geheel 8 tot 10 minuten gekookt worden in gezouten water. Serveer ze dan met goedgekruide peterseliesaus.
Radijs is een kruidachtig gewas met kleine, rode knolletjes met of zonder blad.
De blaadjes horen vers te zijn en de knolletjes stevig. Controleer de kwaliteit door te kijken en te voelen.
Bosjes radijs kunnen het beste zo vers mogelijk gegeten worden. Voorverpakte radijs kan 3 tot 4 dagen in de groentelade van de koelkast bewaard worden. Radijs niet invriezen.
Snijd het loof van de radijs af, laat een klein steeltje over, en verwijder het worteltje. Was de radijs grondig.
WEB01-SPAR-PU