De nectarine is rond 1720 ontdekt tussen de perzikbomen in Amerika. Het is een mutant, een spontaan optredende variant, van de perzik. Nectarines zijn bijna jaarrond beschikbaar. De belangrijkste aanvoer komt onder andere uit Spanje, Griekenland, Zuid-Afrika en Chili.
De nectarine is zoet van smaak. Eet nectarines uit het vuistje. Nectarines zijn ook uitstekend te verwerken in sorbets, ijs, vruchtensalades of bijvoorbeeld kipgerechten.
Nectarine is een sappige vrucht met een gladde schil. Het vruchtvlees is, afhankelijk van het ras, geel, wit of roze-achtig van kleur. In tegenstelling tot wat veel mensen denken is de nectarine geen kruising tussen een perzik en een pruim.
Rijpe nectarines horen bij lichte vingerdruk stevig te zijn, maar mogen iets meegeven. De schil hoort helder van kleur en glad te zijn, zonder vlekken of rimpels. Controleer de kwaliteit door te kijken en te voelen.
Bewaar nectarines op een koele plaats. Zo zijn ze enkele dagen houdbaar.
De schil van een rijpe nectarine is gemakkelijk te verwijderen met een scherp mes. Halveer de vrucht door hem rondom in te snijden, verwijder de pit en snijd de vrucht in blokjes of partjes. Was de vruchten goed indien de nectarines met schil worden gegeten.
WEB01-SPAR-PU